MADRID – De vredesconferentie over het Midden-Oosten, die op 22 januari in Genève zal worden gehouden, vindt plaats tegen de achtergrond van buitengewoon ontstellende cijfers: de meedogenloze burgeroorlog in Syrië heeft naar schatting al 130.000 mensenlevens gekost, er zijn 2,3 miljoen geregistreerde vluchtelingen in de buurlanden en zo'n vier miljoen binnenlandse ontheemden.
De inzet op deze conferentie is dus uitzonderlijk hoog, zowel voor Syrië als voor de buurlanden, die ernstig gedestabiliseerd dreigen te raken. Libanon heeft ruim 800.000 Syrische vluchtelingen opgenomen, Jordanië en Turkije hebben er allebei meer dan een half miljoen, Irak ruim 200.000 en Egypte bijna 150.000. Deze aantallen, het gevolg van drie jaar burgeroorlog, zijn eenvoudigweg onaanvaardbaar.
Wat begin 2011 nog een nieuwe fase van de Arabische opstand leek te worden, heeft zich ontwikkeld tot het ergste conflict van deze eeuw. De internationale gemeenschap is intussen hopeloos verdeeld. Sinds het begin van de strijd heeft de Syrische president Bashar al-Assad Ruslands expliciete internationale steun genoten. Maar terwijl de Russische strategie van meet af aan samenhangend en goed gedefinieerd is geweest, was die van het Westen dat niet. De Verenigde Staten en de Europese Unie zijn blijven aarzelen, zonder zich met betrekking tot het conflict duidelijke doelen te stellen. Deze aarzeling contrasteert sterk met de positie die Saoedi-Arabië, Turkije en Qatar hebben ingenomen. Deze landen hebben voortdurend de soennitische oppositie tegen Assad gesteund. Het shiitische Iran en zijn Libanese bondgenoot Hezbollah hebben daarentegen even vastbesloten hun steun gegeven aan het regime van Assad.
In de Syrische burgeroorlog is het ingewikkelde geopolitieke probleem dat sinds lang in deze regio speelt op de spits gedreven: de kloof tussen soennieten en shiieten. Deze sektarische kloof ligt ten grondslag aan het sluimerende strijd om regionale controle tussen Saoedi-Arabië en Iran. De radicalisering van de Syrische oppositie heeft de situatie zelfs verder gecompliceerd, waardoor in het ene probleem weer een ander schuil blijkt te gaan – net zoals bij de Russische matryoshka -poppen. De soennieten zijn verdeeld, waarbij de gematigde krachten zich te weer stellen tegen de radicale Al Qaeda-aanhangers. De afgelopen dagen zijn er bij gevechten tussen beide kampen ruim 700 doden gevallen.
Deze negatieve ontwikkeling is gevolgd op de keten van gebeurtenissen van vorig jaar. Die ging van start met de beschuldiging door de Verenigde Naties dat het regime van Assad chemische wapens had gebruikt, en eindigde met de door de Verenigde Staten en Rusland tot stand gebrachte overeenkomst om het chemische arsenaal van het regime te vernietigen (waardoor een slecht geplande en slecht getimede westerse militaire interventie kon worden voorkomen). Het is nu duidelijk dat het voornaamste neveneffect van deze overeenkomst is geweest dat het regime nieuw leven is ingeblazen, waardoor de hoop van de gematigde rebellengroeperingen de grond in is geboord en de met Al Qaeda verbonden krachten binnen de oppositie de kans hebben gekregen meer steun te vergaren.
De gevolgen van deze radicalisering verspreiden zich door de regio en over de hele wereld. Syrië is nu een probleem voor de mondiale veiligheid. De voornaamste zorg lijkt inmiddels het verslaan van Al Qaeda te zijn geworden, en niet langer Assad. De regio is onrustig en de aanwezigheid van groeperingen die banden onderhouden met Al Qaeda is een enorm risico voor iedereen. Tien jaar na het begin van de oorlog in Irak hebben groeperingen die verwant zijn aan Al Qaeda de controle in handen over een aantal Iraakse steden, waaronder het symbolisch belangrijke Fallujah.
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
De conferentie in Genève biedt een kans om deze gevaren aan te pakken, maar de risico's zijn groot. We weten nog steeds niet wie de Syrische oppositie zal vertegenwoordigen en of de Syrische Nationale Raad – die eist dat Assad onvoorwaardelijk zal aftreden – überhaupt zal komen opdagen. Assad wil op zijn beurt dat de conferentie zich richt op de strijd tegen de groeiende aanwezigheid van extremisten binnen de oppositie, in zijn algemeenheid door het regime aangeduid als “de terroristen”.
Evenmin is bekend of Iran zal deelnemen. Als sleutelspeler in het conflict moet Iran een belangrijke rol spelen in de oplossing ervan. En ondanks het verzet van Saoedi-Arabië en de soennitische oppositie lijken de Verenigde Staten en de Europese Unie momenteel geneigd om Iran bij de onderhandelingen in Genève te betrekken, vooral nu er vorderingen worden geboekt bij de tenuitvoerlegging van het internationale akkoord dat in november werd gesloten over het Iraanse nucleaire programma.
De topprioriteit op de conferentie is het bereiken van een wapenstilstand. Dit is de enige manier om terug te keren naar wat de voornaamste zorg van de internationale gemeenschap zou moeten zijn: het stopzetten van het lijden van de Syrische bevolking, het teruggeven aan de Syriërs van hun eigen land en het bieden van een kans aan hen om aan de vreedzame toekomst te bouwen die zij verdienen.
Afgezien van de geopolitieke risico's die de Syrische burgeroorlog heeft geschapen, schreeuwt het lijden van miljoenen mensen om een beëindiging van het geweld. Na drie jaar oorlog is een staakt-het-vuren momenteel de beste route naar vrede. Om die reden is de conferentie in Genève een kans die niet mag worden verspeeld.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
Tech companies know that if there is an open, democratic debate about data security, consumers’ concerns about digital safeguards will win out. And while the industry's lobbyists tried to ensure that no such debate could ever occur, one of their more cynical moves has now been exposed and thwarted.
details how the industry tried to slip extraordinary protections against regulation into US trade agreements.
If we measure a failed state by the cracks in the edifice of its power, reflected in brewing ideological civil wars, deadlocked assemblies, and increasingly insecure public spaces, we must recognize that the United States is not so unlike Haiti. Both have given rise to violent gangs with political ambitions.
warns that rich Western democracies are not immune to politically motivated gang violence.
MADRID – De vredesconferentie over het Midden-Oosten, die op 22 januari in Genève zal worden gehouden, vindt plaats tegen de achtergrond van buitengewoon ontstellende cijfers: de meedogenloze burgeroorlog in Syrië heeft naar schatting al 130.000 mensenlevens gekost, er zijn 2,3 miljoen geregistreerde vluchtelingen in de buurlanden en zo'n vier miljoen binnenlandse ontheemden.
De inzet op deze conferentie is dus uitzonderlijk hoog, zowel voor Syrië als voor de buurlanden, die ernstig gedestabiliseerd dreigen te raken. Libanon heeft ruim 800.000 Syrische vluchtelingen opgenomen, Jordanië en Turkije hebben er allebei meer dan een half miljoen, Irak ruim 200.000 en Egypte bijna 150.000. Deze aantallen, het gevolg van drie jaar burgeroorlog, zijn eenvoudigweg onaanvaardbaar.
Wat begin 2011 nog een nieuwe fase van de Arabische opstand leek te worden, heeft zich ontwikkeld tot het ergste conflict van deze eeuw. De internationale gemeenschap is intussen hopeloos verdeeld. Sinds het begin van de strijd heeft de Syrische president Bashar al-Assad Ruslands expliciete internationale steun genoten. Maar terwijl de Russische strategie van meet af aan samenhangend en goed gedefinieerd is geweest, was die van het Westen dat niet. De Verenigde Staten en de Europese Unie zijn blijven aarzelen, zonder zich met betrekking tot het conflict duidelijke doelen te stellen. Deze aarzeling contrasteert sterk met de positie die Saoedi-Arabië, Turkije en Qatar hebben ingenomen. Deze landen hebben voortdurend de soennitische oppositie tegen Assad gesteund. Het shiitische Iran en zijn Libanese bondgenoot Hezbollah hebben daarentegen even vastbesloten hun steun gegeven aan het regime van Assad.
In de Syrische burgeroorlog is het ingewikkelde geopolitieke probleem dat sinds lang in deze regio speelt op de spits gedreven: de kloof tussen soennieten en shiieten. Deze sektarische kloof ligt ten grondslag aan het sluimerende strijd om regionale controle tussen Saoedi-Arabië en Iran. De radicalisering van de Syrische oppositie heeft de situatie zelfs verder gecompliceerd, waardoor in het ene probleem weer een ander schuil blijkt te gaan – net zoals bij de Russische matryoshka -poppen. De soennieten zijn verdeeld, waarbij de gematigde krachten zich te weer stellen tegen de radicale Al Qaeda-aanhangers. De afgelopen dagen zijn er bij gevechten tussen beide kampen ruim 700 doden gevallen.
Deze negatieve ontwikkeling is gevolgd op de keten van gebeurtenissen van vorig jaar. Die ging van start met de beschuldiging door de Verenigde Naties dat het regime van Assad chemische wapens had gebruikt, en eindigde met de door de Verenigde Staten en Rusland tot stand gebrachte overeenkomst om het chemische arsenaal van het regime te vernietigen (waardoor een slecht geplande en slecht getimede westerse militaire interventie kon worden voorkomen). Het is nu duidelijk dat het voornaamste neveneffect van deze overeenkomst is geweest dat het regime nieuw leven is ingeblazen, waardoor de hoop van de gematigde rebellengroeperingen de grond in is geboord en de met Al Qaeda verbonden krachten binnen de oppositie de kans hebben gekregen meer steun te vergaren.
De gevolgen van deze radicalisering verspreiden zich door de regio en over de hele wereld. Syrië is nu een probleem voor de mondiale veiligheid. De voornaamste zorg lijkt inmiddels het verslaan van Al Qaeda te zijn geworden, en niet langer Assad. De regio is onrustig en de aanwezigheid van groeperingen die banden onderhouden met Al Qaeda is een enorm risico voor iedereen. Tien jaar na het begin van de oorlog in Irak hebben groeperingen die verwant zijn aan Al Qaeda de controle in handen over een aantal Iraakse steden, waaronder het symbolisch belangrijke Fallujah.
Subscribe to PS Digital
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
De conferentie in Genève biedt een kans om deze gevaren aan te pakken, maar de risico's zijn groot. We weten nog steeds niet wie de Syrische oppositie zal vertegenwoordigen en of de Syrische Nationale Raad – die eist dat Assad onvoorwaardelijk zal aftreden – überhaupt zal komen opdagen. Assad wil op zijn beurt dat de conferentie zich richt op de strijd tegen de groeiende aanwezigheid van extremisten binnen de oppositie, in zijn algemeenheid door het regime aangeduid als “de terroristen”.
Evenmin is bekend of Iran zal deelnemen. Als sleutelspeler in het conflict moet Iran een belangrijke rol spelen in de oplossing ervan. En ondanks het verzet van Saoedi-Arabië en de soennitische oppositie lijken de Verenigde Staten en de Europese Unie momenteel geneigd om Iran bij de onderhandelingen in Genève te betrekken, vooral nu er vorderingen worden geboekt bij de tenuitvoerlegging van het internationale akkoord dat in november werd gesloten over het Iraanse nucleaire programma.
De topprioriteit op de conferentie is het bereiken van een wapenstilstand. Dit is de enige manier om terug te keren naar wat de voornaamste zorg van de internationale gemeenschap zou moeten zijn: het stopzetten van het lijden van de Syrische bevolking, het teruggeven aan de Syriërs van hun eigen land en het bieden van een kans aan hen om aan de vreedzame toekomst te bouwen die zij verdienen.
Afgezien van de geopolitieke risico's die de Syrische burgeroorlog heeft geschapen, schreeuwt het lijden van miljoenen mensen om een beëindiging van het geweld. Na drie jaar oorlog is een staakt-het-vuren momenteel de beste route naar vrede. Om die reden is de conferentie in Genève een kans die niet mag worden verspeeld.
Vertaling: Menno Grootveld