De Britse banken geven nog steeds het verkeerde voorbeeld

WASHINGTON, DC – De duivel schuilt zoals altijd in de details. En in ons economische tijdperk schuilen de grootste duivels in de details van de manier waarop de toezichthouders naar het kapitaal – het aandelenkapitaal – van onze grootste banken kijken. Overheidsfunctionarissen hebben zich veel te veel geïdentificeerd met de verwrongen, op zelfbelang gebaseerde kijk op de wereld van mondiale bankmanagers. Het gevolg is een groot gevaar voor de rest van ons.

In deze surreële wereld heeft Groot-Brittannië een onevenredig grote invloed, omdat Londen nog steeds een toonaangevend financieel centrum is – en omdat de grootste banken in de Verenigde Staten en Europa zeer effectief zijn gebleken in het tegen elkaar uitspelen van Amerikaanse en Britse toezichthouders. Opinieleiders over de hele wereld kijken naar de Britten om met een slimme en genuanceerde aanpak van het beleid voor de financiële sector te komen. Helaas kijken ze momenteel tevergeefs.

Om dit specifieke probleem te begrijpen, moet je in de jongste details duiken van de zogenoemde “capital shortfall exercise” (een onderzoek naar eventuele kapitaaltekorten) van de Prudential Regulatory Authority bij acht grote Britse banken. Ik zal niet pretenderen dat het werk van de PRA voor een leek makkelijk te doorgronden is; maar iedereen die zich een tijdlang over de documenten buigt, zal eerst moeten lachen en vervolgens moeten huilen.

Met veel tamtam (en een over het algemeen gunstige pers) heeft de PRA bekendgemaakt dat sommige banken niet genoeg kapitaal hebben om verliezen op te kunnen vangen, in verhouding tot een beoogd niveau dat toch al belachelijk laag is. Het Financial Policy Committee (FPC) van de Bank of England heeft gezegd dat het doel 7% aan risicogewogen bezittingen zou moeten zijn, op basis van de definities van het Basel III-akkoord. En in de voorstelling van de PRA komt dit voor de meeste van deze banken neer op een 'leverage ratio' (de verhouding van het vreemd vermogen tot het eigen vermogen) van zo'n 3% – opnieuw op basis van de definities van Basel III. Een paar banken zullen extra aanpassingen moeten doorvoeren om dat niveau te bereiken.

In doodgewoon Nederlands betekent dit dat een zogenaamd 'goed-gekapitaliseerde' Britse bank per dollar bezittingen 97 cent aan schulden mag hebben. Een dergelijk laag vermogen om schokken op te vangen zou je in de VS een behandeling met pek en veren opleveren. Daar eisen de toezichthouders een 'leverage ratio' van 5-6% (twee maal zoveel aandelen op niet-risicogewogen basis als in Groot-Brittannië), en sommige verantwoordelijke functionarissen dringen zelfs aan op 10% of meer.

Tot zover de redenen om te lachen. De tragedie van het onderzoek van de PRA is het klaarblijkelijke geloof van de Britse toezichthouders dat zij werkelijk met hervormingen bezig zijn, in plaats van ruimte te scheppen voor ernstige problemen. Eerlijk gezegd is een deel van wat de PRA heeft gedaan wél verstandig, zoals het bijstellen van de risicowegingen en het rekening houden met verliezen die voortvloeien uit eventuele – aanzienlijke – toekomstige boetes wegens het schenden van de wet. En de aanpak van beleggingen van banken in verzekeringsmaatschappijen is eveneens verstandig, gezien de alternatieven.

Subscribe to PS Digital
PS_Digital_1333x1000_Intro-Offer1

Subscribe to PS Digital

Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.

Subscribe Now

Maar de mogelijkheid dat de belastingbetalers – die nog aan het bijkomen zijn van de kosten van het redden van de Royal Bank of Scotland (RBS) – nog meer tranen zullen moeten laten is zeer reëel. De uitnodiging aan de banken om een loopje te nemen met het risicowegingssysteem wordt openlijk verwoord: “In overeenstemming met de aanbeveling van de FPC heeft de PRA herstructureringsmaatregelen goedgekeurd die, door het terugbrengen van de risicogewogen bezittingen, op geloofwaardige wijze verbeteringen van de kapitaalposities teweeg zullen brengen”. Met andere woorden: de banken kunnen de manier veranderen waarop zij risico's berekenen – door bijvoorbeeld hun eigen modellen op te rekken – zodat ze er in de ogen van de toezichthouders beter voor lijken te staan.

De Britse autoriteiten geloven dat zij een veerkrachtig mondiaal financieel centrum aan het inrichten zijn, dat in staat is grote risico's te lopen en grote schokken te weerstaan – zowel die van binnenlandse herkomst als die van buitenlandse makelij (dwz afkomstig uit de eurozone). Maar zelfs HSBC, de best-gekapitaliseerde bank van het hele stel, heeft een leverage ratio van slechts 4,6%, terwijl die van Barclays nog geen 3% bedraagt. In een zeer instabiele wereld zijn dit flinterdunne buffers tegen verliezen.

De marges voor macro-economische en operationele vergissingen is eveneens klein. De Britten – net als wij allemaal – hebben het afgelopen decennium veel van dit soort fouten gemaakt. Iedereen met een baan in Groot-Brittannië loopt gevaar, evenals de financiële instellingen die hier grote activiteiten ontplooien, waaronder een groot aantal mondiale banken.

Het idee dat de Britten een soort norm voor het gedrag van banken hebben gesteld, is vorig jaar voor de bijl gegaan met de uitbraak van het zogenoemde Libor-schandaal (rond de manipulatie van de interbancaire Libor-rente), terwijl het fiasco bij RBS voor eens en voor altijd een einde heeft gemaakt aan het idee dat Britse toezichthouders weten hoe ze met een failliete bank moeten omgaan. En nu heeft de PRA bevestigd dat de Britse autoriteiten niet eens een stevige greep hebben op de fundamenten van het toezicht op het bankkapitaal – dwz, het bepalen van de hoeveelheid aandelenkapitaal de veilig is voor grote, ingewikkelde mondiale financiële instellingen.

Britse toezichthouders – en toezichthouders elders – zouden een dag vrij moeten nemen om het boek The Bankers’ New Clothes: What’s Wrong with Banking and What to Do About It, van Anat Admati en Martin Hellwig, te lezen. Dit boek is een goede gids voor het nadenken over de redenen waarom we meer aandelenkapitaal in ons financiële systeem nodig hebben. Daarna zouden ze weer aan het werk moeten gaan en hun werk goed moeten doen, door op een verantwoordelijke manier veel hogere kapitaaleisen voor de banken in te voeren.

Vertaling: Menno Grootveld

https://prosyn.org/W4nBbzvnl