gorodnichenko3_ DIMITAR DILKOFFAFP via Getty Images_ukrainewar Dimitar Dilkof/AFP via Getty Images

Hoe de hulp voor de wederopbouw van het naoorlogse Oekraïne te organiseren

BERKELEY – Eerder deze maand kwamen vertegenwoordigers op hoog niveau van ruim veertig landen bijeen in Lugano, Zwitserland. Daar zegden ze steun toe voor ambitieuze plannen voor de wederopbouw van Oekraïne. De Ukraine Recovery Conference was een belangrijke mijlpaal in de voorbereiding van de wederopbouw van Oekraïne en gaf aan dat er na de oorlog aanzienlijke middelen in het land kunnen worden geïnvesteerd. Maar de conferentie heeft niet veel licht geworpen op belangrijke vraagstukken als hoe de wederopbouw zal worden georganiseerd, en wie het geld zal controleren en sturen.

Dit zijn moeilijke vragen die grondig moeten worden overwogen, en die moeten worden beantwoord voordat aanzienlijke middelen worden uitgetrokken voor de wederopbouw van Oekraïne. Een optimale opzet zou het belang van diverse factoren weerspiegelen.

Om te beginnen moet worden bepaald hoe gecentraliseerd of gedecentraliseerd de wederopbouw zal zijn. Het ene uiterste is Gosplan, het Sovjetagentschap dat de kleinste details van de productie dicteerde. Hoewel de centraal geleide economie van de Sovjet-Unie op de lange termijn mislukt is, kan centrale planning op de korte termijn middelen mobiliseren. Maar deze winst op de korte termijn gaat ten koste van een hoge prijs: de Sovjeteconomie werd geplaagd door ondoelmatigheden.

Het andere uiterste is volledige decentralisatie, met individuele verbintenissen. Zo heeft Hamburg zich er onlangs toe verbonden Kyiv humanitaire hulp te verlenen. Deze aanpak kan bijdragen tot een groter lokaal ʻeigenaarschapʼ van Oekraïne bij de wederopbouw: omdat Kiev om de hulp heeft gevraagd, zal het er waarschijnlijk ook beter voor zorgen. Aan de andere kant kan decentralisatie leiden tot dubbel werk en gebrek aan coördinatie.

Een verwante aanpak is de wederopbouw te concentreren op projecten die vergelijkbaar zijn met die welke ontwikkelingsbanken in opkomende economieën ondernemen. Dit is een nuttig model voor het aanpakken van doelgerichte behoeften – bijvoorbeeld een gebrek aan elektriciteit in een bepaalde regio. Maar het is minder goed geschikt voor de wederopbouw van landen. De mislukte wederopbouwprogrammaʼs in Afghanistan en Irak na 2003 tonen aan dat het absoluut noodzakelijk is dat donoren en begunstigden hun projecten met elkaar afstemmen.

Ook moet de horizon voor de wederopbouw worden bepaald. Dit proces kan jaren in beslag nemen, zodat een meerjarenplanning van cruciaal belang is. Het Marshallplan voor Europa na de Tweede Wereldoorlog, dat op deze manier was opgezet en vier jaar duurde, krijgt vaak lof toegezwaaid voor het leggen van de grondslagen voor de snelle groei van Europa tijdens de naoorlogse periode. Maar dat plan ging pas drie jaar na het einde van de oorlog van start. In diezelfde periode verleenden ook de pas opgerichte Verenigde Naties aanzienlijke bijstand aan Europa. In tegenstelling tot het Marshallplan waren de VN-programmaʼs echter zó onderhevig aan onzekerheid over de verwachte looptijd dat de Europese regeringen er niet op konden vertrouwen dat ze van jaar tot jaar zouden worden voortgezet.

Subscribe to PS Digital
PS_Digital_1333x1000_Intro-Offer1

Subscribe to PS Digital

Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.

Subscribe Now

De ervaring van Oekraïne als ontvanger van financiële hulp ter ondersteuning van de huidige oorlogsinspanning illustreert de risicoʼs. En zodra de onmiddellijke druk om met Rusland af te rekenen is weggenomen, zouden politici in Oekraïne en het Westen hun prioriteiten kunnen wijzigen. Om de wederopbouw tegen dergelijke grillen te beschermen, moet zij worden georganiseerd door een stabiele, technocratische organisatie die toezicht kan houden op de planning en de uitvoering ervan, en die relatief immuun blijft voor het politieke gewoel.

De nieuwe status van Oekraïne als kandidaat-lidstaat van de Europese Unie zou hierbij moeten helpen. Wij zijn van mening dat wederopbouw en toetreding gezamenlijke processen moeten zijn. Bij de wederopbouw van Oekraïne gaat het niet alleen om de wederopbouw van de fysieke infrastructuur, maar ook om een grondige modernisering van de instellingen en de sociale infrastructuur. Het streven van Oekraïne om tot de EU toe te treden is een krachtige katalysator en moet ertoe bijdragen dat gevestigde belangen worden overwonnen.

Dit is belangrijk, gelet op de wisselvallige geschiedenis van de hervormingen in het land: sinds de onafhankelijkheid in 1991 heeft Oekraïne slechts één programma van het Internationale Monetaire Fonds voltooid. De andere tien programmaʼs werden stopgezet nadat Oekraïne zijn beloften niet was nagekomen. Een groot deel van de toekomstige economische groei van Oekraïne zal komen van directe buitenlandse investeringen, en de instroom daarvan zal afhangen van de mate waarin het land zich houdt aan de rechtsstaat en andere EU-normen.

Interne en externe transparantie zullen van cruciaal belang zijn voor het welslagen van het wederopbouwproces. Aangezien een groot deel van de financiering afkomstig zal zijn van de EU, hebben de Europese belastingbetalers het volste recht om te weten hoe hun geld wordt besteed. Dit is een gezamenlijk project: Oekraïne moet eigenaar kunnen zijn van de wederopbouw, maar de EU moet er mede-eigenaar van kunnen zijn. Uit de ervaring met Afghanistan en Irak blijkt opnieuw dat wanneer donoren weinig zeggenschap hebben over het wederopbouwproces – via gezamenlijke besluitvorming, lokale inkoop en inbreng van de gemeenschap – hun gebrek aan betrokkenheid desastreuze gevolgen kan hebben.

De meest waardevolle rol van de EU voor Oekraïne zal erin bestaan een institutioneel anker te bieden. De enorme budgetten moeten zorgvuldig en op transparante wijze worden gepland, beheerd, gerapporteerd en gecontroleerd. Hoewel Oekraïne sinds de Waardigheidsrevolutie van 2014 enorme vooruitgang heeft geboekt bij het uitroeien van de corruptie, moet er nog veel werk worden verzet. Het nationale bureau voor corruptiebestrijding en het bureau van de gespecialiseerde aanklager voor corruptiebestrijding zitten bijvoorbeeld al achttien maanden zonder hoofd, wat de doeltreffendheid van deze organen beperkt. Door haar institutionele capaciteit en de aan de hulp verbonden voorwaarden kan de EU Oekraïne helpen ervoor te zorgen dat de wederopbouw niet opnieuw een weggevertje wordt aan de ʻjuiste mensen,ʼ zoals het geval was tijdens de privatiseringen in de jaren negentig.

De Economic Cooperation Administration, het Amerikaanse agentschap dat werd opgericht om toezicht te houden op het Marshallplan, komt het dichtst in de buurt van deze criteria. De ECA was een grotendeels technocratische instelling met een meerjarenplanning. De ECA werkte nauw samen met de plaatselijke regeringen om dubbel werk en verspilling te voorkomen, maar de plaatselijke regeringen stelden de financieringsaanvragen op en waren zo de eigenaren van het wederopbouwproces. Waar nodig legde de ECA voorwaarden op om ervoor te zorgen dat de door de oorlog verwoeste landen hun beloften tot hervorming zouden nakomen. De ECA belichaamde de Amerikaanse verbintenis om West-Europa weer op te bouwen, en degenen die het beheerden voelden zich verantwoordelijk voor het bereiken van dit doel.

We hebben sindsdien natuurlijk veel geleerd, en het ECA-prototype kan zeker worden verfijnd. Maar het is het model dat Oekraïne en zijn partners moeten gebruiken wanneer zij de wederopbouw van het land beginnen te plannen.

Vertaling: Menno Grootveld

https://prosyn.org/AdItvjqnl