People shop at an Ikea home furnishing store Spencer Platt/Getty Images

Waarom de lage inflatie geen verrassing is

BERKELEY – Het feit dat de inflatie in het mondiale noorden hardnekkig laag is gebleven heeft veel economische waarnemers verbaasd. In september schreef de altijd scherpe en bedachtzame Nouriel Roubini van de Universiteit van New York deze trend toe aan positieve schokken aan de aanbodzijde van de economie – wat betekent dat het aanbod van bepaalde goederen was gestegen, waardoor de prijzen omlaag gegaan waren.

Als gevolg daarvan is, aldus Roubini, “de kerninflatie gedaald,” ook al had mogen worden verwacht dat de recente groeiversnelling in de geavanceerde economieën een stijging van de inflatie met zich zou meebrengen.” Intussen heeft de US Federal Reserve (de Fed, het federale stelsel van Amerikaanse centrale banken) “zijn besluit om de rente te gaan normaliseren, ondanks een kerninflatie die lager is dan de doelstelling, gerechtvaardigd met het betoog dat de inflatie-verzwakkende aanbodzijde-schokken van tijdelijke aard zijn.” Roubini concludeert: “Ook al zijn de centrale banken niet bereid hun formele inflatiedoelstelling van 2% aan de wilgen te hangen, zij zijn bereid de tijdlijn voor het bereiken daarvan te verlengen.”

In mijn optiek zal het interpreteren van de hedendaagse lage inflatie als een symptoom van tijdelijke aanbodzijde-schokken waarschijnlijk een vergissing blijken te zijn. Deze diagnose lijkt het historische bewijsmateriaal uit de periode tussen begin jaren zeventig en eind jaren negentig verkeerd te lezen, en is dus gebaseerd op een fundamenteel verkeerde veronderstelling over de voornaamste drijvende kracht achter de inflatie in het mondiale noorden sinds de Tweede Wereldoorlog.

https://prosyn.org/oL3nhXlnl