nleya1_Robert Nickelsberg_Getty Images Robert Nickelsberg/Getty Images

De paradox van de doodstraf in Botswana

LONDEN – In Subsahara-Afrika, een regio die bepaald geen tekort aan ontwikkelingsuitdagingen kent, is Botswana vanwege zijn sterke economie, stabiele democratie en engagement aan de rechtsstaat een uitzondering, maar in een maatregel – de steun voor de doodstraf – is Botswana beangstigend bekrompen. Wanneer mijn geboorteland zijn reputatie als een van de meest liberale staten van Afrika wil behouden moet het zijn affiniteit voor de galg tegemoet treden.

Volgens Amnesty International neemt het grootste deel van Afrika afstand van de doodstraf. Op dit moment staan slechts tien Afrikaanse landen de doodstraf toe, en slechts enkele voeren deze ooit uit. Botswana – een welvarende, door land ingesloten, diamant-exporterende staat – is een van de voornaamste uitzonderingen. Na een windstilte in executies in 2017 is Botswana weer begonnen met het ter dood brengen van veroordeelde moordenaars; Joseph Tselayarona, 28 jaar, werd in februari geëxecuteerd, terwijl Uyapo Poloko, 37, in mei ter dood werd gebracht.

Het wettelijke systeem van Botswana – en de basis voor de doodstraf – is geworteld in het Engelse en Rooms-Nederlandse gewoonterecht. Volgens het wetboek van strafrecht van het land is de voorkeursstraf voor moord dood door ophanging. En alhoewel de grondwet het ‘recht op leven’ van burgers beschermt maakt deze een uitzondering wanneer het beëindigen van een leven ‘in uitvoering van een uitspraak van een rechtbank’ is.

https://prosyn.org/1du9GT9nl