davies63_WinMcNameeGettyImages_federalreserveboardmembersconference Win McNamee/Getty Images

Een handleiding voor financiële crisismanagers

EDINBURGH – Journalisten, zo luidt het gezegde, schrijven “de eerste ruwe schets van de geschiedenis.” Dat is nogal een bewering, maar wellicht lukt het de besten onder hen inderdaad bij iets dergelijks in de buurt te komen. In het geval van de Grote Financiële Crisis van 2008 is Andrew Ross Sorkin van TheNew York Times hierin geslaagd met zijn boek Too Big to Fail, dat een nuttige beschrijving blijft van hoe het op Wall Street voelde toen de markten in elkaar begonnen te storten. Sorkin had goede toegang tot de belangrijkste sleutelfiguren.

De tweede schets van de geschiedenis wordt vaak geschreven door die sleutelfiguren zelf. Na de Tweede Wereldoorlog betoogde Winston Churchill vol vertrouwen dat de geschiedenis hem vriendelijk zou behandelen, omdat “ik me voorstel die geschiedenis zelf te gaan schrijven.” Toen de financiële crisis uitbrak kan eenzelfde gedachte door het hoofd geschoten zijn van Hank Paulson, Ben Bernanke en Tim Geithner, respectievelijk de Amerikaanse minister van Financiën, voorzitter van de Federal Reserve Bank (het federale stelsel van Amerikaanse centrale banken, kortweg Fed), en de voorzitter van de New York Fed. Alle drie hebben uitvoerige memoires gepubliceerd waarin wordt uitgelegd waarom zij hebben gedaan en niet hebben gedaan wat zij deden en niet deden – onvermijdelijk in al deze gevallen met een zekere mate van zelfrechtvaardiging.

Nu, tien jaar later, hebben ze gedrieën versie 2.1 van de geschiedenis van deze episode geschreven. In veel kortere bewoordingen somt Firefighting: The Financial Crisis and Its Lessons de conclusies op die zij op dit moment trekken.

https://prosyn.org/nhiNW9Tnl