atuhaire1_Andrew Caballero-Reynolds_Getty Images Andrew Caballero-Reynolds/Getty Images

De gezondheidszorgdekking mag de Afrikaanse ouderen niet negeren

DAR ES SALAAM – Mijn grootmoeder is 76 en mijn grootvader is 83. Zij hebben samen een vruchtbaar leven geleid, waarin ze zich bezig hebben gehouden met het verbouwen van gewassen en het weiden van vee, in een afgelegen dorp in de heuvels van het zuidwesten van Oeganda. Maar als ik aan hen denk, ben ik meer onder de indruk van hun goede gezondheid dan van hun harde werken.

Door de afgelegenheid van hun gemeenschap moeten mijn grootouders, iedere keer dat ze medische zorg nodig hebben, 40 kilometer naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis afleggen op motorfietsen die bekend staan als boda-bodas. Een retourtje kost hen ongeveer 50.000 Oegandese shilling (zo'n 12 euro). Daarnaast moeten ze, omdat ze onlangs wegens hun leeftijd uit de ziektekostenverzekering zijn gegooid, ook nog eens zelf het geld op tafel leggen voor hun behandeling. Met andere woorden: een bezoek aan de dokter is voor mijn grootouders – en voor veel oudere Afrikanen – zwaar, kostbaar en steeds zeldzamer.

De toegang tot gezondheidszorg is een obsessie voor deskundigen op het gebied van de internationale ontwikkeling. Tijdens de jaarlijkse World Health Assembly van de Wereldgezondheidsorganisatie in mei hebben functionarissen uit tientallen landen besproken hoe ze universele gezondheidszorg kunnen verwezenlijken via de Sustainable Development Goals (Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen) van de Verenigde Naties. En toch ging de meeste aandacht uit naar moeders, pasgeborenen en kinderen; oudere bevolkingsgroepen in de ontwikkelingslanden werden grotendeels genegeerd. Het onvermogen om deze omissie aan te pakken zou ertoe kunnen leiden dat een steeds groter deel van de bevolking het zonder betaalbare gezondheidszorg moet doen.

https://prosyn.org/IGZWuHhnl